Wil je je vetpercentage meten op een correcte manier? Gebruik je de spiegel (te) vaak om je voortgang in gewichtsverlies te berekenen? Dan moet je een andere aanpak proberen, die in feite veel meer nauwkeurige informatie verstrekt.
Je vetpercentage meten: wat heb je nodig?
Om je vetpercentage te berekenen, zijn er een aantal hulpmiddelen welke je moet gebruiken. Dit zijn: een meetlint, een stuk papier, een pen of potlood, en een rekenmachine. De manier waarop je vetpercentage meet verschilt bij mannen en vrouwen, vanwege de verschillen in lichaamsbouw. Dit is belangrijk om op te letten, want anders ga je het verkeerde vetpercentage meten. Deze manier van meten is bedoeld voor thuis, aangezien er ook geavanceerde apparaten bestaan die je vetpercentage kunnen aantonen, welke soms aanwezig zijn in sportscholen.
Vetpercentage meten en berekenen voor mannen
De berekening voor mannen betrekt het lichaamsgewicht en de omtrek van de taille. De omtrek van de taille meet je ter hoogte van de navel. De stappen die je als man moet ondernemen om je vetpercentage te meten zijn als volgt:
1: Vermenigvuldig je lichaamsgewicht met 1,082, en voeg hier 94,42 aan toe.
2: Meet de omtrek van je taille en vermenigvuldig dit met 4,15. Het resultaat hiervan trek je af van de waarde uit stap één.
De waarde die je nu hebt, is het gewicht van je lichaam als je geen vet zou hebben.
3: Trek het resultaat dat je nu hebt af van je totale lichaamsgewicht, en vermenigvuldig dit vervolgens met 100.
4: Deel de waarde uit stap drie vervolgens weer door je totale lichaamsgewicht.
Het resultaat hiervan is het percentage lichaamsvet.
Vetpercentage meten en berekenen voor vrouwen
Voor vrouwen is het berekenen van lichaamsvet iets ingewikkelder dan voor mannen. Er moeten 5 lichaamsdelen gemeten worden. Dit zijn: het lichaamsgewicht, de polsomtrek (het breedste punt), de taille omtrek (ter hoogte van de navel), de heupomtrek (het breedste punt), en als laatste de onderarm (het breedste punt).
De stappen voor de berekening gaan als volgt:
1: Vermenigvuldig het totale lichaamsgewicht met 0,732. Dit resultaat noemen we (A).
2: Voeg aan waarde (A) 8,987 toe. Dit resultaat noemen we (B).
3: Meet de polsomtrek en deel dit door 3,14. Dit is resultaat (C).
4: Meet de omtrek van de taille, en vermenigvuldig dit met 0,517. Dit is resultaat (D).
4: Meet de omtrek van de heupen, en vermenigvuldig dit met 0,249. Dit is resultaat (E).
6: Meet de omtrek van je onderarm, en vermenigvuldig dit met 0,434. Dit is resultaat (F).
7: Tel resultaat (B) en (C) bij elkaar op om resultaat (G) te krijgen.
8: Trek resultaat (D) af van resultaat (G) om (H) te krijgen.
9: Trek (E) af van (H) om (i) te krijgen.
10: Tel (F) bij (i) op, en de uitkomst hiervan is je lichaamsgewicht zonder vet.
11: Trek de waarde van je lichaamsgewicht zonder vet af van je totale lichaamsgewicht. De uitkomst hiervan vermenigvuldig je met 100. De uitkomst hiervan deel je weer door je totale lichaamsgewicht.
Het resultaat is het vetpercentage van je lichaam.
Hoeveel procent lichaamsvet is gezond?
Ook dit verschilt tussen de man en vrouw. Voor de vrouw is tussen de 14% en 31% vet acceptabel. Voor de man is dit tussen de 6% en 25%. Zit je daarboven, dan ben je zwaarlijvig. En zit je eronder, dan heb je niet genoeg vet in je lichaam, wat ook weer ongezond is.
Waar moet je verder nog op letten?
Alleen als je 18 jaar of ouder bent kun je via bovenstaande methode goed je vetpercentage berekenen. Daarnaast is het belangrijk om de juiste houding aan te nemen tijdens het meten van lichaamsdelen. Je moet je rug recht houden en je lichaam ontspannen, anders krijg je niet de correcte metingen. Dus niet met ingehouden buik, spieren aangespannen en gebogen schouders.
Nu dat je weet hoe je je vetpercentage moet berekenen, kun je voor jezelf doelen stellen om je lichaamsvet te verbranden. Je kunt precies meten hoeveel vet je lichaam heeft, en met hoeveel procent je dit moet verminderen of vermeerderen om een gezonde balans te krijgen.